ERNSTIGE TELOORGANG

(Anneke) Westerlaken MSc
voorzitter Actiz

Eind maart ging ik op werkbezoek bij het Leger des Heils en maakte ik kennis met de cliëntenraad, mocht ik meeluisteren met het palliatief overleg en sprak ik met managers en bestuur over de uitdagingen in hun werk. Het Leger des Heils werkt bij uitstek met mensen in een kwetsbare positie en een intensieve zorgvraag. Dat betekent per definitie vraaggericht werken, dwars door schotten en regels heen. Hoe doe je dat? wilde ik weten. Het was even stil aan tafel. Het hoofd van de wijkverpleging legt uit: ‘Onze deelnemers – zoals we de mensen die we ondersteuning bieden noemen-, hebben baat bij een vertrouwt gezicht dat hen op meerdere levensgebieden ondersteunt. Maar het is lastig om daar vanuit één financieringsbron, voor de wijkverpleging de Zorgverzekeringswet, aan te voldoen. Alles dat ‘ruikt’ naar sociaal domein, wordt teruggeduwd naar de WMO en daarmee dreigt de versplintering die we juist willen voorkomen om doelmatig en clientvolgend te kunnen werken. Het indiceren op de term ‘ernstige teloorgang’ biedt de ruimte die nodig is om de hulp te kunnen bieden die nodig is op verschillende levensgebieden’.

Ernstige teloorgang. Ik laat het even tot me doordringen. We hebben de mond vol van eigen regie, maar worden door het systeem gedwongen mensen op ‘ernstige teloorgang’ te indiceren om de juiste hulp te kunnen bieden. Je zult de term over jezelf maar teruglezen en er een handtekening onder moeten zetten. Om daarna weer vol goede moed ‘eigen regie’ te nemen…

Ernstige teloorgang. Je zult de term over jezelf maar teruglezen en er een handtekening onder moeten zetten. Om daarna weer vol goede moed ‘eigen regie’ te nemen…

Teveel vragen die met welzijn te maken hebben, beantwoorden we met zorg. In plaats van de tijd te hebben of te nemen om mensen te zien voor wie ze zijn, lopen we in de huidige systematiek het gevaar ze te reduceren tot een diagnose, een medisch probleem dat medisch moet worden opgelost. Terwijl de WHO onderzocht dat gezondheid wordt bevorderd en in stand gehouden door (vrijwilligers)werk, bestaanszekerheid, een netwerk en een plek om te wonen. De mens in haar geheel zien, waar ze bij het Leger des Heils goed in zijn, lukt vaker ondanks dan dankzij de huidige regelgeving en financiering.

Zorgbestuurders noemen schuldhulpverlening een voorbeeld van preventie. Maar is dat niet het plakken van de pleister achteraf? Bij preventie denk ik eerder aan bestaanszekerheid en begrijpelijke communicatie om schulden voor te zijn, dan aan schuldhulpverlening.

Er is beperkt onderzoek beschikbaar over gezondheidsverschillen op basis van sociaaleconomische posities. We weten wel dat helaas niet iedereen even lang en gelukkig leeft in ons land. Uit gegevens van Pharos blijkt dat mensen uit een lagere sociaaleconomische klasse gemiddeld 7 jaar korter leven dan mensen uit de hoogste sociaaleconomische klasse, waarvan ook nog gemiddeld 15 jaar in minder goede gezondheid. Dat betekent bijvoorbeeld dat niet iedereen gezond zijn of haar pensioen haalt en van een uitkering afhankelijk wordt.

1 op de 3 Nederlanders (dus ca. 4,4 miljoen mensen) heeft te maken met gezondheidsachterstanden die vermijdbaar zijn. Bijvoorbeeld een gebrek aan gezondheidsvaardigheden, laaggeletterdheid en beperkte digitale vaardigheden. Om meer zicht te krijgen op de impact van sociaaleconomische gezondheidsverschillen op onze brede welvaart, heeft de EU in 2010 met behulp van de Erasmus Universiteit een eerste poging gedaan. Hierbij is gekeken naar de effecten van het optrekken van de laagste sociaaleconomische klassen naar de gemiddelde gezondheid in Europa. Daardoor zouden er 33 miljoen minder mensen zijn met een slechtere gezondheid, de totale kosten van de gezondheidszorg zouden 20 procent afnemen en de kosten van de sociale zekerheid met 15 procent afnemen. Het BNP zou er 1,4 procent door stijgen. Het investeren in het voorkomen van gezondheidsverschillen levert dus niet alleen individuele gezondheidswinst op, maar ook maatschappelijke en economische winst. Uit onderzoek in Nederland uit 2019 blijkt dat wanneer de vermijdbare gezondheidsverschillen in de armste wijken naar een gemiddeld niveau worden gebracht, minstens 7,3 procent van de verzekerde zorg kan worden bespaard. Desondanks investeren we intussen niet in het verminderen van gezondheidsverschillen, maar indiceren we op ernstige teloorgang. En blijven de overheidsuitgaven aan zorg jaar op jaar stijgen.

Alles dat ‘ruikt’ naar sociaal domein, wordt teruggeduwd naar de WMO en daarmee dreigt de versplintering die we juist willen voorkomen om doelmatig en clientvolgend te kunnen werken.

Tijdens gesprekken over het Integraal Gezondheidsakkoord (laten we het voortaan zo noemen, in plaats van een Integraal Zorgakkoord) hoorde ik een bestuurder zeggen dat je tegenwoordig net zo makkelijk naar de huisarts gaat, als naar de Albert Heijn. Problemen die op een andere plek in de samenleving ontstaan, zien we steeds vaker in de spreekkamer van de arts terug. Zo is onze zorgverlening geen houdbaar model.

Als zorgsector mogen we best wat harder ons best doen om partijen aan te spreken de problemen op te lossen waar ze opgelost kunnen en moeten worden. Dat is vaak niet in de spreekkamer, want dan zijn we in veel gevallen te laat. Dan blijven we pleisters plakken. Laten we juist als zorg- en welzijnssector pleiten voor bestaanszekerheid, begrijpelijke communicatie en het voorkomen van laaggeletterdheid, het recht op een woning, het hebben van (vrijwilligers)werk. Voor het tegengaan van (verdere) gezondheidsverschillen op basis van sociaaleconomische positie. En dus voor echt primaire preventie. Dan hoeven we hopelijk minder te indiceren op ernstige teloorgang.

Adviescommissie Sociaaleconomische Gezondheidsverschillen
Anneke Westerlaken is namens ActiZ plaatsvervangend raadslid bij de SER. Binnenkort gaat de SER van start met de adviesaanvraag van het kabinet over het tegengaan van gezondheidsverschillen op basis van sociaal economische status. (Zie ook: https://www.ser.nl/nl/actueel/Nieuws/adviesaanvraag-sociaaleconomische-gezondheidsverschillen)

Als lezers inzichten of ideeën hebben bij het verlagen van deze gezondheidsverschillen, dan verneemt Anneke deze graag. Deel ze met haar en/of de commissie !