TIJD VOOR KEUZES.

WAAR DOEN WE HET VOOR?

Ronald Roothans, voorzitter directie Het Huisartsenteam

Annick werkt in Brussel, een grote internationale stad met een vrijwel ondoorgrondelijk Belgisch zorgsysteem waarbij uitdagingen zoals armoede, arbeidsmarkt problematiek en “verzilvering” aan de orde van de dag zijn. Deze thema’s hebben een enorme impact op het zorgsysteem en op maatschappelijk welzijn. Daarom wordt daar ook veel onderzoek naar gedaan. Onderzoek met soms verrassende uitkomsten. Zo bleek uit een van die onderzoeken, die vrij groot was van opzet, dat de kwaliteit van leven in de afgelopen corona-jaren gestegen was… “De Brusselaar” was een beetje gelukkiger geworden.

Helaas bleek na een diepere analyse van de data deze conclusie geen stand te kunnen houden. De enquête was namelijk alleen ingevuld door de mensen die (redelijk) kunnen lezen en schrijven in het Nederlands of Frans. En in een stad met meer dan 100 nationaliteiten en verschillende talen gaf dat direct een goede verklaring voor de gevonden uitkomst. De ervaren kwaliteit van leven was alleen gemeten bij een groep mensen die doorgaans betere gezondheidsvaardigheden hebben, juist omdat ze kunnen lezen en schrijven.

“Ons doel is de cliënten een beetje gelukkiger te maken”
~Annick Dermine, directeur netwerkorganisatie “Huis voor gezondheid”.

Dat manco kennen we in Nederland ook; de vragenlijsten die we gebruiken zijn lang en kennen een taalgebruik wat veel te moeilijk is voor een groot deel van onze populatie. Zeker als je bedenkt dat de laaggeletterdheid in Nederland toeneemt de laatste decennia; Een kwart (!) van onze 15-jarige populatie is laaggeletterd. Dat betekent dat we juist onze meest kwetsbare groep steeds slechter kunnen gaan bereiken. Terwijl we weten dat de gezondheidsverschillen tussen arm en rijk snel toenemen, zijn we niet in staat om goed te luisteren naar de mensen die hulp het hardst nodig hebben. De welzijnskloof wordt groter en de gezondheidskloof zelfs nog groter; tot wel 19 jaar verschil in goede gezondheid.

Willen we deze tendens tegengaan, dan moeten we andere keuzes gaan maken. Om de juiste keuzes te maken is het van belang te weten waar je uit wilt komen. Je hebt, zoals onder andere Jan Rotmans adviseert een “purpose” nodig. Je moet weten waar je het allemaal voor doet.

Zorgen, het voortdurend en toegewijd in de weer zijn voor anderen (Van Dale), voor gezondheid in onze maatschappij vraagt een brede scope. Zeker in het licht van de definitie van gezondheid volgens Machteld Huber (the ability to adept and self manage) halen we meer rendement uit onze inspanningen voor de maatschappij als we meer aandacht geven aan zaken die voor onze patiënten écht van belang zijn “om hun dingetje te kunnen doen”. Wat kan ik doen voor mijn patiënt zodat zijn of haar leven op een hoger kwaliteitsniveau komt? In mijn spreekkamer krijg ik hier vrij eenvoudig antwoord op door simpelweg de vraag te stellen. Maar als bestuurder vind ik het veel lastiger om daar een goed antwoord op te krijgen. Wat is er nodig en, wat kan ik doen om de kwaliteit van leven in Nederland omhoog te krikken? Om te kunnen bepalen of die kwaliteit van leven omhoog gaat is een uitgangspositie nodig. Hoe is de kwaliteit van leven in Nederland op dit moment? Onder de mensen die in staat zijn enquêtes in te vullen lijkt die vrij hoog te zijn. Daarnaast kennen we afgeleiden van kwaliteit van leven, zoals levensjaren in goede gezondheid, maar we hebben geen uniform gedefinieerde en eenvoudige “Quality of Life” (QoL) meetwaarde. Terwijl het eigenlijk heel eenvoudig is om hiernaar te vragen en het voor zowel de hulpverlener als bestuurder essentiële informatie verschaft. Een zorgorganisatie die niet in staat is de QoL van haar clientèle te verhogen moet zich zichzelf opheffen of opnieuw uitvinden.

Welk cijfer geeft u uw kwaliteit van leven de afgelopen 4 weken op een schaal van 1 tot tien? Vrijwel iedere patiënt in mijn spreekkamer kan antwoord geven op die vraag. Alleen voor een kind of zwakbegaafde patiënt gebruik ik een scope van hooguit enkele dagen en een VAS-metertje met 3 smiley’s. Een rood droevig gezichtje, een grijs neutraal gezichtje en een blij groen gezichtje. Helaas kan ik deze meetwaarde niet vastleggen in mijn huisartsinformatiesysteem. Ik zie deze meetwaarde ook niet terug in specialistenbrieven, niet in rapportages van de wijkverpleegkundige, niet in het sociale domein. Dat verbaast me, het komt op mij over als een omissie.
Willen we de uitdagingen die voor ons liggen het hoofd kunnen bieden dan moeten we onze scope veranderen. Meer aandacht voor preventie, samenwerking, netwerkzorg, voor onze medewerkers en voor onze medemens. Een bredere blik op gezondheid en welzijn. Meer aandacht voor kwaliteit van leven. Een eenvoudige uniforme parameter die voor de arts, de bestuurder, de patiënt en de hele maatschappij te begrijpen en te gebruiken is zou wellicht een mooie stap kunnen zijn om te meten of deze aandacht ons ook daadwerkelijk wat oplevert.
We moeten keuzes maken, zoveel is duidelijk. En laten we onze keuzes dan vooral baseren op een hoger doel, een “purpose”, zoals het verbeteren van kwaliteit van leven voor IEDEREEN in onze maatschappij. En… KISS! Keep It Small & Simple zoals bijvoorbeeld Annick het treffend verwoord heeft:

“Ons doel is de cliënten een beetje gelukkiger te maken”